blijf op de hoogte!

blijf op de hoogte!

Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief

Tenerife bezienswaardigheden; Grotten, vulkanen en El Teide

Tenerife heeft twee gezichten. Het is bekend vanwege het lekkere weer en de stranden. Maar het heeft ook de hoogste berg van Spanje.

Lees verder

De mooiste Tenerife bezienswaardigheden

Dat Tenerife een vulkaanlandschap heeft weten veel mensen. Maar dat het ook de hoogste berg van Spanje herbergt is minder bekend. In deze speeltuin van Moeder Natuur vind je ook veel lavagrotten. Ik ga op ontdekkingstocht.

Nadat de zon is onder gegaan op El Teide. ©Corno van den Berg

De zon gaat langzaam onder. El Teide verdwijnt langzaam in het donker. De beroemde pilaren met de mooie naam Roques de García staan als stenen poortwachters op wacht. Het is windstil. Termen als onaards en maanlandschap zijn nog nooit zo realistisch geweest.

De voetmassage is bij je ticket inbegrepen.

De zon gaat, de maan komt. Het licht verandert per minuut; rood, geel en een flinter groen kleuren de hemel. De zonsondergang is mooi, maar de maanopkomst net zo. De vele toeristen zijn weg. Sterker nog, er is niemand. Iets waar ik me vaak over verbaas. Zeker op Tenerife, een beroemd eiland in Spanje.

El Teide op

De volgende dag wil ik de berg op. Maar de top op 3.718 meter is onbereikbaar; er ligt nog teveel sneeuw. De kabelbaan gaat wel. Hij brengt me van 2.356 naar 3.555 meter. Dat is hoog genoeg voor hoogteziekte. Gelukkig heb ik daar nooit last van. Van dit soort hoogtes word ik juist erg blij.

De kabelbaan naar de top. ©Corno van den Berg

Ik kan eindeloos kijken. Onder me zie ik in de verte overal wolken. Boven me tuur ik naar de hemel. In het landschap zijn vele puisten zichtbaar. Van deze hoogte is goed te zien dat Tenerife tientallen vulkanen herbergt. Volgens de officiële cijfers zelfs 320. En dat op één eiland.

Her en der ligt er nog sneeuw. De wind heeft ook hier huisgehouden, waardoor de meest vreemde vormen in de sneeuw zijn ontstaan. Ze passen goed bij de lavavelden vol met vreemde sculpturen. Het zijn stuk voor stuk kunstwerken. Wel bijzonder, je zit op de Canarische Eilanden, maar ook op een van de meest ruige plekken van Europa.

Wonderlijke sneeuwvormen op El Teide. ©Corno van den Berg

De geur van zwavel komt plots voorbij waaien. Iets verderop zie ik een paar opvallend geelgekleurde ‘fumaroles’. Dit zijn gaten in de aardkorst waar (hete) dampen uit ontsnappen. Goh, het landschap wordt nog onaardser. Raar, maar waar.

De lava in

De vulkanen op Tenerife zijn ‘slapend’, zoals dat zo mooi heet. De laatste uitbarsting was in 1909. Al is dat in de geschiedenis van onze aarde nog minder dan een seconde. Ik kan hier letterlijk uren dwalen.

De fumaroles op El Teide. ©Corno van den Berg

En, uit de geschiedenisboeken blijkt nog iets bijzonders; om de 110 tot 120 jaar barst er een vulkaan uit… Nu wil ik helemaal onder de grond kijken en er meer van weten.

,,De voetmassage is bij je ticket inbegrepen.” Mijn hoofdlamp schijnt vol in het lachende gezicht van gids Dragan Milenkovic. We zitten onder de grond in een lavagrot. Het is donker, op ons lichtschijnsel na. De vloer is erg ongelijk; het is niet eenvoudig om op de eeuwenoude lava te lopen.

Op stap in Cueva del Viento. ©Corno van den Berg

Cueva del Viento

Dit is Cueva del Viento in Icod de los Vinos. Al snel voel ik waarom hij de ‘grot van de wind’ wordt genoemd. Ik voel overal tocht. Dit is de grootste lavagrot ter wereld na Hawaï. Een deel ervan is open voor toeristen. Overigens is dit de enige die te bezoeken is, al zijn er zo’n 250 grotten op Tenerife.

De tocht begint buiten op een opvallend steil stuk van het eiland. ,,Je zult vast wel de steile wegen van Tenerife inmiddels hebben ontdekt. Dit zijn simpelweg de oude routes van de lava,” zegt Dragan. We lopen tussen de bomen door en komen bij een open plek.

Op de ondergrond is goed te zien dat hier ooit lava stroomde. Het is net alsof een verfblik langzaam leeg loopt, wat ik ooit thuis meemaakte. Per ongeluk. Dragan haalt me uit mijn gedachten. ,,Hier kunnen nog geen bomen groeien, maar wel gras en wat struiken. Maar dat is een kwestie van tijd.”

De tocht voert over een van de oudste paden op Tenerife. ©Corno van den Berg

De grot kan via een trappetje worden bezocht. Dragan klimt als eerste naar binnen. ,,Deze grot is maar liefst 27.000 jaar oud. Toen was het een hele andere wereld. Massa’s kokend hete lava rolde toen de berg af. De buitenste kant koelde snel af, maar de hete lava rolde gewoon door. Zo ontstonden deze bizarre tunnels.”

Mijn lamp; ik moet hem uitdoen. Ik zal nog wel wat zien? Toch? Een seconde later is het pikdonker. Geen zon, geen maan. Niets. Zelfs geen geluid. Het is doodstil. En toch voel ik me springlevend.

Walvissen en dolfijnen

De opvallend ronde kop komt boven het zeewater uit. Ik zie de oogjes. Het is alsof het dier net zoveel interesse heeft in mij als ik in hem.

Het is een jonge griend, een kleine walvissoort die voor de kust van Tenerife leeft. Hij zwemt rustig aan de zijde van zijn moeder.

Dit is een echte ‘ontdekplek’, er is opvallend veel te zien.

De complete groep bestaat uit twaalf dieren. Onze boot blijft op gepaste afstand, zodat de dieren er geen last van hebben.

Los Gigantes

Tijdens een bootexcursie is de kans op grienden groot. ©Corno van den Berg

Ik ga nog een keer het water op. Want de ruige kust van Los Gigantes (de giganten) is sowieso al de moeite waard om vanaf zee te bekijken. En de naam slaat niet op de dieren, maar op de rotskust.

Steile rotsen torenen hier uit de zee en geven op diverse plekken inkijkjes in het achterliggende heuvellandschap. Dat opvallend groen is door talloze struiken.

 Je kunt het combineren. Eerst de beroemde Masca-wandeling maken door het achterland en dan je laten ophalen met een bootje langs de kust.
 
En op de terugweg even van de boot duiken om het zweet van je af te spoelen. Er zijn slechtere dagen te bedenken.

Een dolfijn laat zich zien. ©Corno van den Berg

Aan boord worden nootjes en (fris)drank geschonken. Maar ook dit gebied is het domein van een zeedier. Al is het wel even speuren.
 
Maar dan zie ik de tuimelaars op hun gemak de golven nemen. Goh, dat het hier zo eenvoudig is om dolfijnen en walvissen te zien. Wonderlijk.
 
En er is meer. Ik zie bij het vissersplaatsje Los Gigantes zelfs dat er excursies zijn naar zeeschildpadden; zowel voor duikers als snorkelaars.
 
Voor Europa is dat wel een heel bijzondere trip. Maar ik heb geen tijd meer. Dat moet dan de volgende trip maar.

De schoonheid van Los Gigantes op Tenerife. ©Corno van den Berg

Vuurtoren van Teno

Een van de uithoeken van het eiland is Teno, of eigenlijk de vuurtoren van Teno. Ooit een baken voor schippers, nu een must voor natuurliefhebbers. De weg er naar toe is zoals het moet zijn; slingerend en vol gaten. Met talloze uitkijkpunten, een wel heel pittoresk tunneltje en diverse vervallen gebouwen.

Dit is een echte ‘ontdekplek’, er is opvallend veel te zien. Aan de rechterkant slaan golven op de kust. En de vuurtoren zelf is zeer geschikt voor foto’s, met name bij zonsondergang.

De vuurtoren van Teno met wilde golven. ©Corno van den Berg

De onbekende ‘guachinches’

Het bordje langs de weg is piepklein, net als de woonkamer zo blijkt al snel. Op het bordje staat ‘guachinche’, meer niet. Dit is typisch iets van Tenerife.

Een man bakt vissen in zijn eigen keuken voor bezoekers. ©Corno van den Berg

Op talloze plaatsen vind je ze, de ‘guachinches”. Al moet je wel goed opletten, want de bordjes zijn klein. Rond La Orotava en La Laguna vind je meer dan honderd van dit soort eetkamers aan huis.
 
Dit fenomeen is ooit ontstaan bij lokale wijnboeren, die zo probeerden hun eigen wijn aan de man te brengen. En bij de wijn kreeg je dan een hapje.
 
En als je honger had (of de fles leeg wilde drinken) kreeg je een complete maaltijd. Ik probeer diverse wijnen (en hapjes) en wordt aangenaam verrast.

Het was te verwachten; de lunchkaart biedt een zeer beperkte keus. De eigenaresse wijst slechts drie dingen aan. ,,Deze zijn vers,” zegt ze eerlijk.

Unieke gerechten

Zoals het konijn en de vis. Goh, waren ze altijd maar zo eerlijk in een restaurant. Ik neem de vis, die ‘cherne’ wordt genoemd. Wij kennen hem als zeebaars.
 
Oh, en ik kies de papegaaivis, die ik hier al zag zwemmen vanaf de boot. Een opvallend kleurrijke vis die ik eerder associeer met de Cariben. Ik kies ook de typische zoete aardappelen van het eiland, die in zout zeewater worden gekookt.
 
Haar zoon maakt alles klaar in de keuken. Ik hoor hem geregeld fluiten; hij heeft er duidelijk zin in.

Als ik om de rekening vraag moet ik twee keer kijken.

We proosten op de dag. De huiswijn is meer dan prima. De eigenaresse drinkt gezellig mee. Er komt vers (en nog warm) brood met mojo op tafel. Mojo zijn typisch Canarische sausjes, een soort tapenades. Die in twee soorten op tafel komen, tezamen met knoflookboter.

De beroemde kerk in het dorpje Candelaria bij zonsondergang. ©Corno van den Berg

De pikante (dat proef je direct) is Mojo Picon. Ik wil weten wat er in zit. Het blijkt een mix te zijn van paprika, plantaardige olie, knoflook, zeezout, Spaanse peper, komijn, azijn en een handjevol kruiden.

De heerlijke Mojo Verde (groen) bevat koriander (of peterselie), plantaardige olie, knoflook, zout, Spaanse peper en komijn.

Terwijl ik nog zit te smikkelen, verschijnt de vis op tafel. De papegaaivis is wel wat graterig, maar op zich goed van smaak. Al is hij mooier dan dat hij echt lekker is. Dit in tegenstelling tot de zeebaars, die smelt op de tong. En ik ben niet echt een aardappeleter, maar deze zijn prima te pruimen.

Het behoort tot de delicatessen van Tenerife: gebakken papegaaivis. ©Corno van den Berg

Als ik om de rekening vraag moet ik twee keer kijken. Een glas wijn kost 1,10. De vissen zijn 7,20 bij elkaar. De aardappelen 1,20 en het brood met sausjes 0,50. Een zeer uitgebreide lunch voor tien euro. Goh.

Waarom hebben we dit in Nederland niet? De gastvrouw lacht als ze mijn gezicht ziet. Al ben ik niet de eerste die zo reageert volgens mij. De fikse fooi is meer dan verdiend. Ik ga vaker zo lunchen hier, dat is duidelijk. Zoekt en gij zult vinden…

Rust, ruimte en groen

Het bankje op Las Lajas is ideaal voor picknicks. Ik ga even zitten. Overal staan pijnbomen en hun schaduw is heerlijk, de wind doet de takken zachtjes zwiepen. Ineens komt er een groepje vogels aanvliegen; luid kirrend zoeken ze naar zaadjes op de grond.

Zomaar een uitzicht op de route naar Masca. ©Corno van den Berg

Het zijn blauwe vinken, een zeldzaam broertje van onze vink. Alhoewel, alleen het mannetje is blauw. De vrouwtjes zijn gelig/bruin van kleur. Deze vogels komen alleen op de Canarische Eilanden voor. En Las Lajas is een van de beste plekken om deze dieren te zien.

De weg terug naar Santa Cruz de Tenerife slingert als een dronken slang door het landschap.

Op het eiland zijn talloze uitkijkpunten. Naar naastgelegen eilanden als Gran Canaria, La Gomera en La Palma bijvoorbeeld. Die vaak boven de wolken uittorenen. Of je kijkt uit over de heuvels van Tenerife. Ik doe wat lokale bewoners ook doen. Ze pakken een fles wijn en proosten op de zonsondergang.

Finca’s en paradors

Finca´s en paradors; het zijn twee bijzondere overnachtingsmogelijkheden op Tenerife. Finca´s zijn de (veelal) luxueuze huizen van lokale bewoners, terwijl paradors karakteristieke hotels van de overheid zijn. Waaronder de beroemde Parador in het Teide Nationaal Park, de beste plek om het park te verkennen.

De lunchplek met de typische Canarische pijnbomen. ©Corno van den Berg

Ik kies ook voor Finca Patio de Tita in het slaperige plaatsje Los Realejos. Het is kleinschalig en bij aankomst kijken schapen me aan. Maar die horen bij de buurman zie ik. Aan de andere kant zie ik een zwembad met palmboom. Het is een lekker contrast op het platteland van Tenerife. Al is platteland eigenlijk een understatement.

Wakker worden met een lekker zonnetje, een vers kopje koffie en verder niets. Alles kan een mens gelukkig maken. Het is een overbekend liedje van de radio. Ook al is het niet mijn favoriete muziek, het is wel waar.

Wandelen in Anaga

Wandelen in Anaga. ©Corno van den Berg

Genoeg gelummeld. De wandelschoenen gaan aan. Dit is het Parque Rural de Anaga, oftewel het noordelijke puntje van het eiland. Waar nog eeuwenoude bossen het landschap domineren. Ideaal om uren te wandelen tussen de laurierwouden en kleine dorpjes zonder andere toeristen.

De paden zijn soms opvallend donker, ook al is het gewoon overdag. Het bladerdak is dicht, kronkelende bomen banen zich een weg omhoog. Ik kan niet echt ver kijken. Flarden mist schieten soms voorbij. Het is mysterieus mooi.

Een dorpje in het noorden van Tenerife. ©Corno van den Berg

De weg terug naar Santa Cruz de Tenerife slingert als een dronken slang door het landschap. Het is mooi, maar ik moet continu opletten. Op de weg, maar vooral ook of ik tegenliggers tegen kom. Want vaak zat is de weg net iets te krap voor twee auto’s.

Best gek dat hier laurierbomen groeien, terwijl bijna overal op het eiland pijnbomen de dienst uitmaken. Het valt me nu pas op dat de vele pijnbomen op Tenerife opvallend groen zijn. Ook in de winter. Waardoor je hier dus altijd het lekkere voorjaarsgevoel krijgt. Maar dat had ik toch al. En dat raak ik hier niet meer kwijt.

Foto-Album

El Teide, met twee soorten wolken… ©Corno van den Berg
Vlees op de grill (links) en een dorpje op Tenerife (rechts). ©Corno van den Berg