blijf op de hoogte!

blijf op de hoogte!

Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief

Cuba: De mooiste rondreis

Ga je naar Cuba? ,,Ja, ga maar snel. Voordat alles weg is." Van diverse kanten hoorde ik het. Ik maak een rondreis van twee weken.

Lees verder

Een rondreis door Cuba: Stap terug in de tijd…

Huh? Mensen lopen op straat zonder voortdurend op hun telefoon te kijken, Amerikaanse klassiekers sieren de weg en de huizen lijken zo uit een filmset te zijn gehaald. Dit is de beroemde oude binnenstad van Havana. Alsof het de jaren zestig is.

Een ritje in een oude Chevrolet-taxi in Havana. ©Corno van den Berg

Een heus ‘oh ja’-moment. Niet zo lang geleden had niemand een mobiele telefoon. Tegenwoordig zie je iedereen bellen of op hun telefoon kijken. Niet in Cuba. Er is wel mobiel internet, maar weinig mensen kunnen het betalen. En ook de verbinding is vaak matig. Dit is digitaal detoxen, want ook bij veel hotels is geen wifi te vinden. Heerlijk!
 
Het is letterlijk een blikvanger. Een Amerikaanse oldtimer; een kleurrijke Chevy Bel Air uit 1956. Zo mooi. En hij is zoals het hoort; hij piept en hij kraakt. Bij het instappen, bij het rijden, eigenlijk altijd. Ik kijk om me heen. De auto is voorzien van de originele tierelantijnen.

Als je zo’n auto koopt, moet je wel een automonteur zijn.

Althans, op de Cubaanse manier, dus veelal met de hand nagemaakt. Of in elkaar getimmerd. De klassieker heeft opvallend genoeg een cd-speler en airco, die in het origineel ontbraken. De vrolijke chauffeur kijkt me aan. Ja, hij is trots op zijn ultieme liefde.

Kunst en klassiek komen elkaar tegen. ©Corno van den Berg

De auto is hier van levensbelang

,,Mijn auto hoort bij mijn identiteit. Onderdelen zijn niet te betalen, dus moeten we creatief zijn. Alleen het plaatwerk is nog origineel. Ik heb er een moderne diesel in gebouwd, die is veel zuiniger.” Als je zo’n auto koopt, moet je wel een automonteur zijn. Overal zie je mannen sleutelen aan hun auto; in de stad, maar ook op de snelweg.

De oldtimer staat naast een doffe en gedeukte Lada. De auto is eigenlijk te lelijk om in te stappen, maar ik doe het toch. Want dit toont de geschiedenis van Cuba in een notendop. Het communisme van ‘oude vriend Rusland’ regeerde hier met harde hand, terwijl het volk vooral hunkerde naar het vrije Westen.

De binnenstad van Havana. ©Corno van den Berg

Vandaar dat je in Cuba ook nu nog de bizarre mix van Lada’s en Amerikaanse klassiekers in het straatbeeld ziet. Lang hoef ik niet te wachten als ik een praatje met hem maak. Want ja, de chauffeur van de Lada vindt de oude tijden beter dan nu. Het geeft goed aan hoe de Cubanen worstelen.

Hij moppert wat. Zijn kinderen hebben het internet ontdekt, hij weet er zelf niets van. En lacht wat. Internet is hier wel degelijk, al is niet alles toegankelijk. En je kunt hier online via een speciale kraskaart. Voor een half uurtje per kaart. Bij een specifiek wifi-punt.

Het dagelijkse leven op straat in Havana. ©Corno van den Berg

Ook een beetje eng

Terwijl hij voluit praat, is hij vooral bezig met remmen. Of althans een poging tot. Echt goed werken ze niet meer. Tot twee keer toe moeten we uitwijken voor een stilstaande auto bij een verkeerslicht. Dat is even slikken. Het avontuur ligt in Cuba letterlijk op straat…

Reizen in Cuba is intrigerend. Dat was het al en is het zeker nu. Als reiziger krijg je een unieke kans om de discussie met de lokale bewoners aan te gaan. Over hun leven, maar ook over je eigen leven. Waar ik veel over kan vertellen, maar ik vind eigenlijk dat je dat zelf moet doen. Reis zelf naar Cuba. Wat let je?

Het veranderende Cuba

Wie door Cuba reist merkt dat het land op een keerpunt zit. Na een jarenlang embargo is President Raúl Castro (de jongere broer van Fidel) nu ‘vriendjes’ met Amerika geworden. Al is niet helemaal duidelijk wat dat precies inhoudt. Toeristen vrezen dat Cuba zal veranderen; en wel snel. Het is het huidige dilemma van Cuba.

Als toerist is het zien van paard en wagens, vervallen huisjes en oude auto’s mooi. Maar als het je leven is, is het anders. Maar mag je de Cubanen vooruitgang ontzien? Want ja, de lokale bevolking ziet het logischerwijs iets anders.

Overal op Cuba kom je muziek tegen. ©Corno van den Berg

,,We hopen op verandering. Een betere economie, meer banen en meer salaris. Nu verdient iedereen in de onderklasse hetzelfde,” taxichauffeur Carlos lacht. Hij begrijpt waarom ik hier ben. ,,Maar het zal nog zeker tien jaar duren. Dit is Cuba.” De stilte na zijn woorden is veelzeggend. Zijn diepe zucht ook.

Ik kan me niet voorstellen dat ze zomaar de deuren wagenwijd zullen open gooien…

Ik dwaal door de winkelstraatjes van Havana. Het is wonderlijk; McDonalds en andere Amerikaanse ketens ontbreken volledig. Sterker nog, ik zie niet één bekende winkelketen zoals bij ons. Alles is kleinschalig, met nog opvallend veel handwerkslieden die je helpen terwijl je wacht. Dit is waarom ik een rondreis door Cuba zo geweldig vind.

Een mojito voor weinig

Een groepje schoolkinderen koopt een lokale cola, want Coca Cola mag hier de markt niet op. Vooralsnog. Een verse mojito met een flinke scheut Havana Club rum kost hier op straat zo’n twee euro. Bijna de prijs van een blikje cola bij ons…

Een huis in Havana op Cuba. ©Corno van den Berg

De vraag is of dit soort bedrijven de komende jaren wel zullen komen, net als de grote Westerse hotelketens die staan te trappelen. Veelal heeft de overheid dit allemaal in handen. Ik kan me niet voorstellen dat ze zomaar de deuren wagenwijd zullen open gooien. Toch? Of zouden ze nu ineens wel voor het grote geld kiezen; de ultieme vorm van kapitalisme?

Sigaren, mogotes en rum

Een tocht door het binnenland van Cuba, langs de groene valleien van Viñales tot het kloppend hart van de tabak: Pinar del Rio. Ik rook mijn eerste sigaar ooit, drink mijn zoveelste rum en geniet met alle zintuigen.

Er is geen ontkomen aan. Ik heb nooit gerookt (vind het vies ruiken), maar wil het wel ooit eens proberen. En dan geen halfbakken sigaret, maar meteen aan een dikke sigaar.

Waar kan dat beter dan in Cuba? Volgens kenners komen hier de beste sigaren ter wereld vandaan. Hoog tijd om er eentje te proberen.

Een man steekt hem vakkundig aan met een speciaal houtje. Nu is het mijn beurt. ,,Niet over je longen,” krijg ik nog als advies. Het is even wennen. Ik krijg de dikke sigaar niet op, al is dat wel zoals het hoort.

Je moet hem af en toe weer aansteken en er opnieuw van genieten. Maar het is simpelweg teveel van het goede. Dan ben ik maar niet zo macho als de Cubanen. Zij hebben dat in hun bloed en ik niet ech

Een boerderij in Vinales. ©Corno van den Berg

La Ruta del Tabaco

Ik volg La Ruta del Tabaco; oftewel de weg van de tabaksbladeren die eindigen als wereldberoemde sigaar. Want ja Cubaanse sigaren zijn wereldberoemd geworden door onder andere Churchill en Alfred Hitchcock.
 
Maar ook Leonardo Di Caprio steekt er graag een op in zijn films. Sigaren zijn niet stoffig, maar weer macho voor de man. Oh, en in Cuba ook voor de vrouw zie ik.
 
In één dag ontmoet ik de landbouwer, zie ik het droogproces, sta met open mond te kijken hoe alle bladeren worden gesorteerd op geur en kleur (en dus kwaliteit) en verbaas me in de fabriek waar de bladeren veranderen in een gewilde sigaar.

Ik hoor ineens: Wil je een Pina Colada of Coco Loco?

Dit is ‘big business’. In Cuba worden jaarlijks zo’n 100 miljoen sigaren gemaakt. En ja, die zijn van de hoogste kwaliteit op aarde. Veel daarvan worden geëxporteerd, al zie ik overal op straat mensen roken.

Een boer ploegt zijn land om in Vinales. ©Corno van den Berg

Viñales

De tabaksboer kijkt wat mistroostig naar zijn veldje. Ik zie alleen maar wat kale grond; het is (nog) niet het seizoen. ,,We beginnen in december met verbouwen. Als je in maart komt kun je de oogst van de bladeren meemaken.” Wel kan hij laten zien hoe de bladeren drogen in een warme houten schuur. De geur van tabak prikkelt de neus.

,,Net als bij wijn draait het om de grond, in dit geval rijke zandgrond, het klimaat en natuurlijk de kennis van de verbouwer. En dat alles is hier ideaal voor de beste sigarenplanten.” Hij steekt een sigaar op, met zijn verweerde gezicht en cowboyhoed voldoet hij volledig aan het ideale plaatje van een tabaksboer.

Een sigarenboer tussen zijn drogende tabaksbladeren. ©Corno van den Berg

Op een van de boerderijen annex fabriek worden de bladeren gedroogd en gesorteerd. Degen die onderaan de struik hangen zijn minder sterk dan die bovenaan vol in de zon hebben gehangen. Voor de juiste mix gaan in één sigaar tientallen bladeren van verschillende kwaliteit. Anders wordt hij te sterk of te mild. Het valt me op dat er hier veel vrouwen werken.

Het geluid van knisperende bladeren vult de zaal. Het bordje ‘niet roken’ dat overal is te vinden is logisch, maar ook wel grappig. De vrouwen moeten juist weer grinniken om die lange Nederlander die van alles foto’s en video’s maakt.

Fidel Castro is nog overal aanwezig. ©Corno van den Berg

Pinar del Río

Dit is Pinar del Río, het rokend hart van de Cubaanse sigarenindustrie. Bij een van de fabrieken waar met de hand de duurste sigaren worden gerold. In een vloeiende beweging draait een jongen het dekblad om alle andere bladeren. Om daarna met een vlijmscherp mesje een blad op maat te snijden zodat deze de achterkant van de sigaar bedekt. Het is heerlijk om deze handvaardigheid te zien.

Het gebied dat de meeste bekendheid geniet is de Vallei van Viñales, met name door het landschap. Hier heersen de mogotes; vreemde kalkstenen heuvels die volledig zijn begroeid met tropische planten. Het is lastig voor te stellen, maar dit was ooit een oerzee. Die langzaam omhoog is gekomen. Paardrijden is hier een must, net zoals veel Cubanen doen. Het liefst in de vroege ochtend als het licht over het landschap valt.

Paard rijden hoort bij Cuba. ©Corno van den Berg

Al ga ik liever wandelen. Dwalen zonder vooropgestelde route. Of eigenlijk verdwalen dus. Ik kom niemand tegen, ja een unieke krulstaarthagedis, die alleen op Cuba voor komt. Na urenlang struinen door het landschap zie ik ineens een paar hutjes. 

En ik hoor: ,,Wil je een Pina Colada of Coco Loco?” Dat is nog eens een goede vraag. Ik kies het laatste, al weet ik niet wat het is. Bij de stem hoort een jongen. Hij slaat met een machete een kokosnoot open. Zo verfrissend heb ik hem zelden gehad. En zeker niet zurig, zoals een kokosnoot wel kan zijn.

Ananassap, honing en een flinke scheut rum

,,Je moet het bovenste kokoswater er uit slurpen, dan voeg ik ananassap, honing en tot slot een flinke scheut rum toe.” Dit soort ontmoetingen zijn de leukste. En de lekkerste. Als overduidelijke toerist met rood hoofd en overal zweet, word ik wel wat afgezet. Maar het is meer dan de moeite waard. Zeker met dit uitzicht over de mogotes. Ik ben mijn vermoeide benen direct vergeten. Tot ik weer op sta, althans.

De ruigheid van Vinales. ©Corno van den Berg

In het hart van veel kalkstenen heuvels vind je grotten. Deze zijn ontstaan door erosie van regenwater, maar ook door rivieren. Ik daal af in de Cuevas de Santo Tomas, de grootste grot van Cuba. Klimmen en klauteren is het devies. De lamp op mijn helm helpt wel wat, maar is te flauw om ver te kijken. Dus gebruik ik de zaklamp op mijn mobiel. Goh, is hij toch nog nuttig op deze reis…

Foto-Album

Twee mannen werken op het veld. ©Corno van den Berg
Een hondje langs de weg in Havana. ©Corno van den Berg