Op safari, zwemmen en kajakken in het Malawimeer en slapen op een theeplantage.
Lees verder
Malawi is geen standaardbestemming. Sterker nog, het wordt eigenlijk alleen in combinatie met Zambia aangeboden. Ik ga kijken of dat terecht is. Het zal toch niet voor niets 'The warm heart of Africa' heten? Dus ga ik op rondreis.
Al mijn nieuwe reisvideo's zien? Abonneer je dan op mijn YouTube kanaal.
Ik hoor getoeter. Niet van een auto, maar van olifanten. En niet eentje, maar meerdere. Als ik over de Liwonde-rivier in Malawi kijk zie ik er tientallen, nee honderden.
Een grote massa olifanten die verkoeling zoekt in het water. Tussen het riet en de palmbomen. Ook een handjevol nijlpaarden die luid bulderend laten horen dat ze er zijn. Hierdoor zie je de waterdruppels opspetteren.
De motor van ons bootje gaat uit. We drijven langzaam dichterbij. De olifanten zijn druk en hebben geen oog voor ons. Sommigen gaan zwemmen, anderen spelen wat met elkaar. Eén ding is zeker; ze hebben het erg naar hun zin. Net als ik.
Ik weet weer waarom op safari gaan één van mijn favoriete bezigheden op reis is.
Liwonde haalde in 2017 het wereldnieuws. Het is een van de eerste nationale parken ter wereld waar drones worden ingezet om olifanten te beschermen tegen stropers. De kleine vliegtuigjes kunnen eenvoudig overal heen vliegen, zelfs warmtesensoren worden gebruikt om hen op te sporen.
Ik heb ook een drone bij me, maar dan om foto’s en video’s te maken. Ik laat het elektrische nieuwigheidje opstijgen vanaf de boot. De dieren hebben er nauwelijks oog voor merk ik. Voor hen is het slechts een zoemend insect of zoiets.
Als ik de drone hoger stuur waan ik me in een natuurdocumentaire. Alle dieren worden gevangen in een beeld. En dat is letterlijk om stil van te worden. Ik weet weer waarom op safari gaan één van mijn favoriete bezigheden op reis is.
Eenmaal terug op Mvuu Lodge krijg ik een uitgebreide lunch. Althans als ik snel genoeg ben, want een bijdehante groene meerkat pakt vliegensvlug mijn broodje van mijn bord. Ik moet lachen om zoveel brutaliteit. En ja, de dieren hier moeten ook simpelweg overleven dus ik snap het wel.
In een ligstoel aan het water verdiep ik me in Liwonde Nationaal Park. Het ligt in het zuiden van Malawi rond de Shire-rivier. Naast tochtjes met de boot kun je hier ook met een auto op pad. En te voet, onder begeleiding van een gids.
Op zoek naar Afrikaanse olifant, Afrikaanse buffel, nijlkrokodil, nijlpaard en impala, koedoe, waterbok bijvoorbeeld. Ik wil eigenlijk alles wel doen en zien. Wat ook lukt.
Ik hoor op de achtergrond de unieke geluiden van de safari; vogels en andere dieren. Wat een genot. Ik neem een glas lokale gin; het leven is zo slecht nog niet.
Malawi staat niet hoog op het lijstje bij veel toeristen. Het land grenst aan Zambia en Tanzania, twee populaire safaribestemmingen. En Mozambique. Een paar jaar geleden maakte ik een rondreis door Mozambique. Als ik even Google zie ik opvallend weinig reizen naar Malawi. Opmerkelijk.
Wel zie ik een confronterende tekst op Wikipedia: ,,De afwezigheid van delfstoffen, het ontbreken van een zeehaven, de traditionele gerichtheid op de verbouw van thee en tabak op plantages, samen met het lage opleidingsniveau van de bevolking maken de economische situatie dramatisch.”
En iets verderop: ,,Daaroverheen is de aidsepidemie gekomen, die een belangrijk deel van de economisch productieve jongere generatie heeft weggevaagd.” Maar ja, moet je dan wel of niet gaan? Ik vind van wel, omdat dit soort landen verrassen. En dan vaak op een positieve manier. En, hier wil ik mijn geld wel besteden aan de lokale bevolking.
De markt is een bonte mix van stalletjes met verse groenten en fruit, maar ook allerhande kleding, huishoudspullen en eigenlijk alles wat een mens nodig heeft. Of juist niet.
De chaos, het afdingen en de kleuren. Oh, en de geuren. Waaronder ook restaurantjes, waar ik eerlijk gezegd niet durf te bestellen. Ik ben net iets te bang voor mijn maag. Maar kijken is een feest voor de ogen. Kijken, kijken, niet kopen.
Totdat ik bij een schoenenverkoper kom. En mijn oog valt op twee camelkleurige schoenen. Even kijken. Terwijl ik ze aanpas, begint de verkoper al met zijn onderhandelingen. Hij is de goedkoopste van heel Afrika, zegt hij zonder blikken of blozen.
Ze zijn ook nog in mijn maat; hoe groot is de kans? En dat in Afrika nog wel… Ondertussen komen meer en meer mensen kijken bij die toerist die naar Malawi lijkt te zijn afgereisd om nieuwe schoenen te kopen.
Als de verkoper merkt dat ze passen en ik echt geïnteresseerd ben, wordt hij ook serieuzer. Het onderhandelen gaat met een stapeltje geld dat heen en weer gaat. Ik moet er elke keer wat geld bij doen.
Althans dat vindt hij. Ik denk daar anders over logischerwijs. Maar uiteindelijk komen we er uit, al duurt het even. En alles met een brede glimlach en veel theater natuurlijk.
Lake Malawi, dat ken ik van diverse natuurdocumentaires op televisie. Ik ben op Mumbo Island, een van de eilandjes in het immense meer dat maar liefst 560 bij 75 kilometer groot is. Het zandstrand knispert tussen mijn tenen. Wel bijzonder; een zandstrand bij een meer.
De ligstoel, inclusief een fris drankje, roept. Of zal ik eerst het water in gaan? Ik zie van alles zwemmen in het heldere water. In het meer leven zo’n 800 soorten cichliden; kleurrijke vissen die alleen in dit meer voor komen.
Ze matchen goed bij mijn kleurrijke zwembroek merk ik. Ik pak wat snorkelspullen en duik opnieuw het zoete water in. Snorkelen in Lake Malawi is een must. De vissen zijn niet bang, zelfs niet voor mijn witte benen. Lekker zwemmen en ondertussen genieten van het uitzicht.
Ik wil meer zien van dit gebied. Het is hoog tijd voor een tocht met de kajak. Langs opvallend grote rotspartijen. Plots zie ik een grot, daar wil ik wel even kijken. Een Afrikaanse zeearend laat zich horen. Hij zit bovenin een boom naar me te kijken.
De zon gaat onder. Of ik meewil op een ‘sunsetcruise’, vraagt de kapitein. Ik zit al in de boot. En pak maar wat graag de koelbox met koude drankjes aan. We varen rond het eiland totdat ik de zon boven het wateroppervlak zie.
Langzaam zakt hij in het meer, terwijl enkele gasten een verfrissende duik vanaf de boot in het water nemen. De kapitein lacht, hij prijst zich gelukkig met de dagelijkse zonsondergang. Ik snap hem wel.
De volgende ochtend krijg ik een theeproeverij. Al ben ik eigenlijk een koffiemens. Maar het proeven van de talloze variëteiten is aangenaam, maar overtuigd ben ik niet. Zeker niet als blijkt dat ze hier ook koffie verbouwen. Die meer dan lekker is.
De plantage lijkt eindeloos ver. Overal zie ik glooiende heuvels vol met struiken. Ik ga kijken hoe de theeblaadjes worden geplukt. Terwijl ik wat rondwandel word ik vrolijk begroet door de plukkers.
Je ziet ze zich afvragen waar die man met die fotocamera allemaal foto’s van maakt. Ook van hen, als ik het ze vraag. Graag zelfs. Ze lachen volop en hebben veel plezier.
Ineens weet ik het. Waarom het ‘the warm heart of Africa’ wordt genoemd. De bevolking is erg vriendelijk. En dat terwijl Malawi één van de armste landen op aarde is. Maar rijkdom zit vaak niet in geld of bezittingen, dat blijkt hier keer op keer. En je hoeft het eigenlijk niet te combineren met Zambia zoals veel gebeurt.